Kritische vragen aan college

De afgelopen jaren zijn er door verschillende fracties, aanvankelijk vooral door de LPM, heel wat kritische vragen gesteld over de manier waarop het college het Trekdijk-dossier aanpakte:

De antwoorden van het college op de vragen van 8 december 2016. De vragen hadden o.a. betrekking op het uitblijven van overeenstemming over een nieuw bedrijventerreinprogramma door onmin met Vlissingen over de Trekdijk. Ook omdat er twijfel is over de noodzaak en gezien de maatschappelijke weerstand, vooral in Nieuw- en Sint Joosland. Het college antwoordt dat een onderbouwing ( door Ecorys ) wordt voorbereid waarmee de behoefte aan bedrijventerrein Trekdijk wordt aangetoond.

De antwoorden hebben 11 maart 2017 geleid tot aanvullende vragen. Deze vragen zijn beantwoord nadat in de vergadering van commissie Ruimte van 13 maart plotseling de geheimhouding van het Ecorys-rapport werd opgeheven. Het wordt nu duidelijk dat het college de Trekdijk wil bestemmen voor grote logistieke bedrijven. Dit betekent veel opslagcapaciteit en veel transportbewegingen van vrachtverkeer. Kortom bedrijven, die relatief weinig werkgelegenheid bieden en vooral overlast geven.

Dit leidde 20 maart 2017 weer tot een derde serie vragen van de LPM aan het college.
Volgens het college maakt een hardheidsclausule het mogelijk om af te wijken van 25 werkzame personen per hectare:
Dit kan bijvoorbeeld nodig zijn als de gemeente een bedrijf wil verplaatsen of als het bedrijf aannemelijk kan maken dat er een sterke werkgelegenheidsgroei te verwachten is.
Verder blijft het college weigeren, zelfs onder geheimhouding, de raad te informeren over de geïnteresseerde bedrijven in het Ecorys-rapport.

Op 11 september 2017 is een 4e serie vragen gesteld. O.a. over de onmogelijkheid voor Wielemaker om niet op Arnestein te kunnen uitbreiden, en of voormalige stortplaatsen niet benut kunnen worden. Ook om van het college te horen of en hoe ze hebben gereageerd op vragen, die hotel Van der Valk over de Trekdijk zou hebben gesteld.

Overige antwoorden van college op Trekdijk gerelateerde vragen:

Beantwoording door college van de vragen van de SP-fractie van juni 2017.
Uit het laatste antwoord blijkt overduidelijk hoe het college denkt over alternatieve invullingen: Buitenom een bestemming als bedrijventerrein zien we geen haalbaar en financieel verantwoord alternatief voor de huidige agrarische bestemming.

De antwoorden van het college op schriftelijke vragen van de D66-fractie van oktober 2018 over de uitgangspunten van het participatieproces en in hoeverre alternatieve invullingen een eerlijke kans krijgen. Zie met name de toelichting bij de vragen van D66:
Het participatietraject dat het college nu voorstelt lijkt niet te stroken met de beloftes die de coalitie maakte in het coalitieakkoord.
Er zou worden teruggekeerd naar een nieuw startpunt waarbij, op gelijkwaardige basis, met een schone lei het gesprek met omwonenden en andere betrokkenen zou worden aangegaan. In plaats daarvan lijkt het alsof wordt vastgehouden aan oude kaders van vorige colleges en anders samengestelde raden.


Vragen LPM van februari 2020 over mogelijke overlast en hoe de inwoners van Nieuw- en Sint Joosland te betrekken.

Diverse vragen van D66, ChristenUnie en SP van mei 2020 over de herziene exploitatieopzet Trekdijk.

Ook het college van Vlissingen heeft in mei 2020 vragen van de D66-fractie beantwoord.
Dit betrof de interpretatie van de STEC-prognose en eventuele consequenties van niet doorgaan van de marinierskazerne.

De antwoorden van het college op in maart 2021 gestelde vragen van D66 over het uitblijven van het bedrijventerreinprogramma: De reden van de vertraging zou niet het gevolg zijn van verschil in inzicht tussen de gemeenten. Het college geeft een ontwijkend antwoord op de vraag of het gaat lukken in het nieuwe bedrijventerreinprogramma naast de huidige 5 hectaren ook de overige hectaren op te nemen. Wel dat wanneer alleen 5 hectaren wordt ontwikkeld, het verlies uitkomt op € 5,6 miljoen in plaats van € 0,9 miljoen. Dus een aanvullende verliespost van € 4,7 miljoen. Maar als er geen bedrijventerrein wordt ontwikkeld zou het verlies € 2,6 miljoen meer zijn. Dat de door de werkgroep voorgestelde scenario's in dat geval veel gunstiger uitpakken, verzuimt het college echter te melden.

Schriftelijke vragen in april 2021 van D66 en SP over de brief van het college van Vlissingen naar de raad van Vlissingen.
Klik op de link voor de betreffende documenten en de beantwoording van het college.

Bijgewerkt augustus 2021